home
|
Vido's FilmZine
donderdag 8 februari 2007 International Film Festival Rotterdam, zaterdag 3 februari Afgelopen weekend sloot het International Film Festival Rotterdam de deuren van de 36ste editie. De fanatieke festivalgangers kunnen weer afkicken, de prijswinnaars een plekje opzoeken voor hun Awards en de verliezers mogen ?s flink evalueren en hermonteren. Naast twee geslaagde films zag Vido ook twee titels die treurig onder aan de publiekspoll bungelden. Waren die lage posities terecht of zat het grote publiek er helemaal naast? Juventude Em Marcha van Pedro Costa Juventude Em Marcha bestaat voornamelijk uit stilstaande, onderbelichte beelden van de voor zich uit prevelende amateur-acteur Ventura, afgewisseld met minutenlange shots vol junkiegezwets van de onuitstaanbare Vanda. Het is armoe troef en enig vooruitzicht op een beter leven is volledig afwezig. Voor dramatische ontwikkeling zijn we bij regisseur Pedro Costa aan het verkeerde adres. Herhaling is zijn troef en dus kijken we vanuit dezelfde positie meerdere malen langdurig naar het bed waar de astmatische Vanda onophoudelijk kletsend de ene sigaret na de andere opsteekt en moeten we meerdere malen en tot vervelens toe de nauwelijks veranderende inhoud van de fictieve brief aanhoren. Slechts in de slotfase komt de camera in beweging en glijden we langs een wereld die zich buiten de deprimerende sloppenwijk afspeelt, maar dat is onvoldoende om de irritatie weg te nemen. De eerste zaalverlaters in het bij aanvang uitverkochte Pathé 5 zochten na een kwartier al de uitgang op. Mijn rij stoelen was op vier mensen na halverwege de film al leeg. Er waren momenten dat het in de ruimte tussen zaal en filmdoek drukker was dan in de Kalverstraat op zaterdagmiddag. Bijna chaotisch druk werd het op de gangpaden tijdens de scène waarin Ventura op zijn gemak een plaatje opzet om daar zeer zwijgend naar te gaan zitten luisteren. Het publiek sloeg zowat op de vlucht. Ik gaf ze geen ongelijk ook al houd ik best wel van langzame cinema. Je mag me wakker maken voor het zeven uur durende Sátántangó, geen enkel probleem, want die film zit boordevol poëtische beelden en een onderliggende dreiging. Pedro Costa doet best wel een poging tot beeldrijke poëzie, maar die slaat in al zijn minimalisme dood door de buitensporige lengte van de film. Het verbaast me niets dat de film in de poll is ge?indigd op een schamele plaats 186 van de 190. Zie ook: Juventude Em Marcha in de herkansing (2010)The Elephant and the Sea Parallel aan het leven van Yun is het leed gemonteerd van de oudere Ah Ngau. Na vier dagen op pad te zijn geweest met zijn bootje hoort hij bij thuiskomst dat zijn vrouw overleden en gecremeerd is. Haar resten liggen bewaard in een tinnen doos. Er heerst blijkbaar een ziekte in de stad. Ah Ngau moet enige tijd in quarantaine en is, op een matje slapend tussen de opgestapelde stoelen, overgeleverd aan goedbedoelde maar weinig substantiële liefdadigheid. Met de provisorische urn keert hij terug naar zijn krot aan het water. De kippen liggen dood in hun kooi op hem te wachten. Met het beetje geld dat hij eenmalig krijgt uitgekeerd zoekt hij zijn heil in hetzelfde bordeel waar Yun Ding werkt. Het geluk dat hij daar denkt te vinden is slechts schijn. Teleurgesteld vaart hij met zijn boot de natuur in met als doel zich af te zonderen, maar met als onbedoeld gevolg dat hij een leeftijdsgenoot (volgens IFFR de eigenaar van de olifant die door de jungle zwerft) van de verdrinkingsdood redt. Aan de horizon gloort slechts een sprankje hoop, en dankzij de lichte toon van regisseur Woo Ming Jin is dat voldoende om te geloven in de overlevingskracht van de twee hoofdpersonages. Het milieu waarin de jonge Yun leeft doet denken aan dat van de film Cyclo. De eenzame en veelal zwijgende hoofdpersonages zouden niet misstaan in het werk van Tsai Ming-liang. De regie van Woo Ming Jin geeft de indruk dat we in de toekomst meer van deze cineast gaan horen. Melanoma My Love van David Ofek en Joseph Madmony Exiled van Johnny To Exiled gaat over vijf vrienden die onderling in conflict komen als een van hen geliquideerd moet worden. Wo, het slachtoffer in kwestie, heeft ooit zijn maffiabaas Boss Fay verwond en wil het liefst, ver weg van de misdaad, een familieleven leiden met vrouw en kind. Twee van zijn maatjes moeten hem neerschieten, maar na de eerste gestileerde schietpartij houden ze elkaar heel, sluiten de vijf weer vriendschap en gaan ze met z'n allen nieuwe klussen klaren. In plaats van een aangeboden goudroof kiezen ze voor een aanslag op Boss Keung uit Macau. In het restaurant waar de moord plaats moet vinden heeft de man uit Macau een zakelijk conflict met Boss Fay die het liefst alleenheerschappij wil. De vijf komen niet aan hun opdracht toe en keren zich tegen beide maffiakopstukken. Twee gewonden zijn het gevolg: Boss Fay en Wo. Wo's vrienden brengen hem naar een clandestiene operatiekamer waar niet veel later ook de verwonde Fay aanklopt. Wo wordt tijdens de nieuwe confrontatie dodelijk verwond. De vrienden laten het lichaam van Wo bij zijn vrouw achter en vluchten de stad uit. Door toeval stuiten ze op het eerder genoemde goudtransport en rekenen ze zichzelf korte tijd rijk, totdat ze horen dat Wo?s vrouw en kind door bazen Fay en Keung zijn ontvoerd. Loyaliteit aan hun overleden maatje doet de groep terugkeren naar de stad voor een laatste treffen. Exiled lijkt een flitsende ode aan de klassieke heroic bloodshed uit Hong Kong met een knipoog naar de westerns van Sergio Leone en ruimte voor absurdisme en humor. In de hoofdrollen het neusje van de zalm uit de Hong Kong cinema. Later dit jaar wordt de film op dvd uitgebracht door A-film. |